Wetenschappelijke uitgeverijen vullen hun zakken ten koste van de samenleving. Het is tijd om hiertegen in actie te komen, vindt historicus Guy Geltner.
Het enige 'publieke' aspect aan het merendeel van de wetenschappelijke tijdschriften is dat zij in handen zijn van uitgevers met een beursnotering
Net als veel academici, word ik regelmatig gevraagd een wetenschappelijk artikel te 'peer reviewen'. In tegenstelling tot veel collega's baseer ik mijn reactie op een dergelijk verzoek sinds kort op de vraag of de uitgever zijn kopij beschikbaar stelt aan een breder publiek.
Waar we voorheen bezorgd waren dat het grote publiek ons werk niet begreep, is het probleem vandaag dat de geïnteresseerde leek het zich niet kan veroorloven. Het merendeel van de tijdschriftartikelen verdwijnt achter betaalmuren.
Als professioneel academicus of lid van een universiteitsbibliotheek zou de toegang tot de laatste wetenschappelijke inzichten geen probleem mogen zijn, maar tegenwoordig hangt dit af van de bulkcontracten die universiteiten met grote uitgevers sluiten. Dergelijke contracten worden jaarlijks getekend, waarmee miljoenen euro's gemeenschapsgeld naar doorgaans particuliere partijen vloeit.
Op perverse wijze wordt publiekelijk gefinancierde wetenschap geproduceerd door publiekelijk gefinancierde wetenschappers tegen woekerprijzen verkocht aan het publiek dat het onderzoek in eerste instantie mogelijk maakte. Het enige 'publieke' aspect aan het merendeel van de wetenschappelijke tijdschriften is dat zij in handen zijn van uitgevers met een beursnotering (Elsevier, Taylor & Francis, Springer, Wiley).
Verwijderen betaalmuur
In sommige gevallen maken wetenschappers extra kosten bij het schrijven van een artikel, bijvoorbeeld bij het inhuren van een externe redacteur of de aankoop van beeldmateriaal. Uiteraard is de uitgever hierbij ook gebaat, maar zal hij de rekening nooit betalen. En alsof hij de wetenschapper een trap na wil geven, biedt de uitgever hem of haar de mogelijkheid of zelfs de verplichting de betaalmuur voor zijn of haar artikel te verwijderen, zodat het artikel voor iedereen te lezen is. Uiteraard vraagt de uitgever daar een fikse vergoeding voor, die vaak ook betaald wordt door de belastingbetaler aangezien publiekelijk gefinancierde instituten als het NWO en de Europese Onderzoeksraad verplicht zijn hun onderzoek gratis aan te bieden. Het geld dat eigenlijk naar personeel en onderzoek zou moeten gaan, wordt hiermee gereserveerd voor het vrijmaken van tijdschriftartikelen.
Een uitzondering op deze zelfdestructieve samenwerking zijn de universiteitsuitgeverijen
In andere woorden: één halen, vier betalen! Voor een doorsnee wetenschappelijk artikel zijn daar eerst de gemaakte onderzoekskosten om te dekken, dan het 'pachten' van het artikel door een bibliotheek en vervolgens een derde of vierde kostenronde bij het dekken van productiekosten en het verwijderen van betaalmuren. Geen wonder dat het uitgeven van wetenschappelijke artikelen is uitgegroeid tot een miljardenindustrie, terwijl de budgetten van universiteiten en bibliotheken voortdurend krimpen.
Een uitzondering op deze zelfdestructieve samenwerking zijn de universiteitsuitgeverijen, die in het beste geval ruimte bieden aan excellerend onderzoek en een deel van de opbrengsten laten terugvloeien naar de wetenschap. Dit is de reden dat ik mijn werk en werkzaamheden alleen nog aan deze uitgeverijen zal aanbieden. Bovendien zijn universitaire uitgevers eerder geneigd digitale voorpublicaties op persoonlijke of institutionele websites toe te staan. Tenzij je bereid bent tot taaie rechtszaken, is dit iets waar je als wetenschapper bij particuliere uitgeverijen niet om hoeft te komen.
Wantoestand
Het merendeel van de collega's met wie ik hierover praat, toont zich verrast en beschaamd; de meeste leken zijn gechoqueerd. Het negeren van deze wantoestand kost ons miljoenen van ons belastinggeld. De afgelopen vijf eeuwen hebben uitgevers ons cultureel erfgoed gevormd. Echter, in onze tijd hebben DTP-technieken en sociale media de toegevoegde waarde van uitgevers aan de productie en verspreiding van wetenschappelijke kennis aanzienlijk verminderd. Op paradoxale wijze heeft deze democratiserende ontwikkeling juist geleid tot een verhoging van de prijzen van wetenschappelijke artikelen.
Als wetenschappers niet gaan inzien dat hun publiekelijk gefinancierd werk onder voorwendselen door uitgevers wordt doorverkocht aan de belastingbetaler, blijven zij hun eigen geloofwaardigheid en maatschappelijke positie verder ondermijnen, en blijft het publiek te veel betalen voor producten die het eigenlijk al gekocht heeft. Het is tijd om samen deze vicieuze cirkel te doorbreken.
Guy Geltner: Hoogleraar middeleeuwse geschiedenis, directeur centrum voor middeleeuwse en renaissancestudies Universiteit van Amsterdam